
De lagere school was achter de rug. Over het algemeen kijk ik best goed op mijn lagere school periode terug. ik begreep lang niet alles, maar toch was de school erin geslaagd, mij geen trauma te bezorgen. Ik was emotioneel, werd regelmatig huilebalk genoemd, maar daar bleef het bij. Ik werd toch bij regelmaat uitgenodigd voor kinderfeestjes, en verder vond ik het snel goed. Als ik maar na school naar huis kon. Daar, op mijn kamer, voelde ik me het prettigst.
Ik had schooladvies HAVO gekregen. Dus ging ik naar het Bonhoeffer College in het dorp. Mijn zus zat daar al op school, die volgde alleen het VWO. Ook veel klasgenootjes gingen daar heen, hoewel er ook genoeg naar de MAVO gingen en de andere scholengemeenschap, Jac. P Thijsen.
Ik kan me niet meer herinneren, welke klasgenootjes er wel of niet mee gingen. Ik ging gewoon naar een nieuwe school. Dat vond ik spannend genoeg, zag er meer dan gewoon tegenop, maar het was zoals het was, en ik ging.
Het eerste jaar, de brugklas dus, gingen we ook naar Texel op kamp. Als ik het me goed herinner. Fietsen naar de boot en dan op naar Texel. Dat was voor mij best pittig. Ik moest dus sociaal zijn, terwijl ik me zó onzeker voelde, geen zelfvertrouwen had en wist dat ik soms hele stomme dingen deed en zei.
Het eerste brugklas jaar had ik dan ook weinig aansluiting. Ik was druk genoeg met hoe ik op deze school mezelf staande zou kunnen houden. En wat er van me verwacht zou worden. Ik had daar echt 24/7 de tijd voor nodig.
In de volgende vier jaar, kreeg ik wel contact met één vriendin. Ik steunde op haar, vond het wel super moeilijk als ze ook andere vriendinnen had, spiegelde me aan haar, kopieerde van haar en ze ging ook gelukkig mee op stedenreis naar Berlijn, dan kon ik me aan haar vasthouden.
Mijn examenjaar was zwaar. Ik redde het dan ook niet. Ik zakte. Mijn mazzel was dat mijn zus ook zakte voor haar examen en we dus beiden geen diploma ophaalden. Dat maakte het voor mij overzichtelijk, alleen was ik wel super gefrustreerd dat mijn zus maar twee vakken hoefde te herkansen en ik het hele jaar over moest doen. Ik snapte daar weinig van, en ik kan me goed voorstellen dat ik thuis niet de liefste was.
De relatie met mijn zus, was ook moeizaam. Ik begrijp nu, dat het vanuit mij gestuurd werd. Ik kopieerde, maar ik vergeleek ons ook de hele dag. Zij had vrienden, vriendinnen, een vriendje, ze ging uit, sport (basketbal) had ik van haar en de vriendin waarover ik boven sprak, al overgenomen. Ik basketbalde ook. Maar alles wat mijn zus deed en kon...... het lukte mij niet. Ik snapte ook niet waarom het haar wel lukte, alles scheen haar te lukken, en mij niks. Ik voelde me zo minderwaardig. Het deed niet veel goed aan mijn zelfvertrouwen.
Ik kreeg op mijn 14e ziekte van Pfeiffer, en ben daar nooit meer van opgeknapt. Ik ontwikkelde Myalgische Encefalomyelitis. Op mijn 16e kreeg ik daarvan paniekaanvallen. En misschien ook wel door mijn stress met betrekking tot de minderwaardigheid. Vanaf dat moment raakte ik bekend met psychologen, hyperventilatie, somberheid. Ik was boos op mijn omgeving, gefrustreerd, en voelde me steeds minder thuis. Ik wilde weg. Ik snapte er niks van.
Na mijn examen HAVO die ik de tweede keer wel haalde, ben ik met mijn vriendin naar Enkhuizen geweest, recreatiewerk op de camping daar.
Ik was er ook inmiddels steevast van overtuigd dat ik geen jongen zou vinden die mij leuk genoeg vond. Ik was er van overtuigd dat ik voor de wereld niet leuk genoeg wás. Ik was anders, ik reageerde anders, het lukte me niet om sociaal ontspannen te raken, ik begreep er niks van.
In die zomer kwam mijn ex in mijn leven, hij vond mij leuk, koos voor mij, en ik ben er onmiddellijk van gecharmeerd geraakt. Want hoe was het mogelijk, er was iemand die mij leuk vond. En ik wilde graag thuis weg. Eén plus één is twee..... Ik heb nog één jaar thuis gewoond na mijn HAVO, maar daarna ben ik in Enkhuizen gaan wonen. Op mijn 19e woonde ik samen en was ik een nieuw hoofdstuk begonnen.
~~ wordt vervolgd ~~